Sophie en Pepijn zijn geen onbekenden voor De Landgenoten: ze zijn betrokken bij het kleine veeteeltbedrijf Vark waarvoor De Landgenoten eerder grond kocht. Met hun groeiplannen voor een gemengd veeteeltbedrijf overtuigden ze de jury als nieuwe boeren voor Hoeve Duifhuis in Berlaar. Ze plannen er een bedrijf waar groenteteelt, bodemzorg, boslandbouw en natuurbeheer samengaan met kleinschalige veehouderij. Dankzij een intense samenwerking met Herdershof worden kringlopen gesloten.
Proficiat! Hoe voelen jullie je?
Sophie: “Opgelucht. Je dient je project in en daarna heb je geen controle meer. Op mijn verjaardag kregen we het bericht dat wij de boeren worden. Dat was een heel fijn cadeau. Het is bijzonder om hier niet alleen te mogen werken, maar ook te wonen, op een plek met zoveel geschiedenis.”
Pepijn: “We kenden Hoeve Duifhuis al, we wonen hier niet zo ver vandaan. Het deed pijn dat de boerderij zo lang leegstond. Ooit zijn we zelfs eens gaan kijken toen ze te koop stond, maar de prijs was onhaalbaar. Dat dit nu kan dankzij een schenking via De Landgenoten voelt bijna wonderbaarlijk.”
Waarom dienden jullie een project in?
Pepijn: “Begin dit jaar werd duidelijk dat onze huidige werking op termijn niet houdbaar was. We maken deel uit van coöperatie Veldvolk, samen met de hoevewinkel, zorgboerderij Emiliushoeve en Herdershof. Op de huidige plek is er te weinig ruimte voor zowel de groeiende zorgwerking als ons landbouwbedrijf. Toen we hoorden dat Hoeve Duifhuis aan De Landgenoten werd geschonken, hebben we geen seconde getwijfeld om een project in te dienen.”
Sophie: “Nu krijgt alles zijn eigen plek, op fiets- en tractorafstand van elkaar. En alle huidige samenwerkingen, zoals met Herdershof en de Emiliushoeve, blijven gewoon bestaan. Het is een kans om het bedrijf dat we al hebben opgebouwd, met klanten, afzet en veestapel, te laten doorgroeien. We kunnen hier verder werken aan onze dromen, op een schaal die klopt.”
Wat zijn jullie plannen voor de hoeve?
Pepijn: “Net zoals bij Vark nu willen we tonen dat veehouderij wel een plek heeft in een moderne, duurzame landbouw. Onze dieren mogen zo veel mogelijk hun natuurlijk gedrag tonen: we laten de koeien grazen in kudde en zoveel mogelijk in de vrije natuur, de varkens wroeten buiten, de kippen kunnen scharrelen. Dat vraagt voortdurend zoeken naar evenwicht tussen dierenwelzijn en economische haalbaarheid.”
“Nog een voorbeeld: onze kalfjes mogen sowieso 3 maanden bij de moeder blijven. Dat is dus heel anders dan in gangbare melkveebedrijven, waar de kalfjes na de geboorte meteen afgezonderd worden. De kalveren zijn weerbaarder, groeien beter en leren van jongs af aan in de kudde. Dat weegt voor ons op tegen de nadelen, zoals minder melk om te verkopen.”
“Naast een 15-tal melkkoeien en al het jongvee, wroeten hier ook varkens rond. Onze varkens zijn restverwerkers en ecologische ploegen. We verminderen bewust hun aantal om het ‘feed no food’-principe te respecteren: het idee dat we geen gewassen moeten telen specifiek voor vee die ook als voeding voor mensen kunnen dienen.”
Sophie: “Naast het vee doen we ook aan akkerbouw en groenteteelt. We telen vooral grove groenten zoals aardappelen, pompoenen, knolselder of uien. Groenten die lang goed blijven in bewaring dus. Tussen de granen en groenten planten we hazelaars aan, er komen hoogstamfruitbomen en kleinfruit. In alles wat we doen bewerken we de grond minimaal met machines.”
“Daarnaast komen er ook twee verwerkingsruimtes. Van de melk maken we yoghurt en kaas. Momenteel zijn we al volop aan het experimenteren met verschillende kazen, zoals kruidenkaas die mee evolueert met de seizoenen. Pepijn heeft intussen zijn slagersdiploma om het vlees uit te benen en te verwerken. Van het fruit kunnen we confituur en siropen maken, of pesto’s van de kruiden.”
Hoe kunnen mensen jullie producten kopen?
Sophie: “We blijven samenwerken met Bocal, Rico en Veldvolk. Daarnaast gaan mensen ook een vlees- of zuivelpakket kunnen bestellen en afhalen op de boerderij. Hier staat ook een melktap voor dagverse melk.”
Pepijn: “We herintroduceren ook de ouderwetse melkboer die op ronde trekt in de buurt. Uit een rondvraag blijkt dat heel veel mensen daar interesse in hebben.”
En wat met Vark?
“Ons landbouwbedrijf in Hoeve Duifhuis krijgt een nieuwe naam, maar ook Vark blijft bestaan. De oorspronkelijke oprichters Koen en Saskia blijven op kleinschalige manier varkens fokken en wij blijven met hen samenwerken. De gronden die via De Landgenoten voor Vark zijn vrijgekocht, verhuizen mee naar Duifhuis en integreren we in onze plannen.”
Hoe ziet Hoeve Duifhuis er over vijf jaar uit?
Pepijn: “Volgend jaar zal best chaotisch worden, met de verbouwingen, alle administratieve veranderingen en het pendelen tussen ons oude huis en hier. We beginnen met een vijftal melkkoeien, kippen, varkens, graan en een eerste stuk groenteteelt. Over vijf jaar hopen we dat alles wat we nu plannen ook zichtbaar is.”
Sophie: “We willen dat deze plek leeft. Vrienden, klanten, deelnemers van de zorgboerderij, studenten, wandelaars, kinderen die naar de dieren komen zien,... Het zou mooi zijn als we hen allemaal op ons bedrijf kunnen verwelkomen.”